Een Nederlandstalige boekenblog door Sjoukje Croux

Mogelijk gemaakt door Blogger.

Grand Hotel Europa in De Balie

(...een mini-recensie van deze avond, en een mini-recensie van het boek door Ilja Leonard Pfeijffer) 

‘De toekomst van Europa is het Europa dat nu al een realiteit is. Europa is het recreatiegebied voor de rest van de wereld,’ zegt een van de personages in Grand Hotel Europa. Het is – overdrachtelijk – ook een zelfdiagnose. Alle personages in deze roman zitten immers op verschillende manieren vast aan hun verleden. Voor toekomst is geen plek meer. Het Avondland is vergrijsd en improductief. Geschiedenis is het voornaamste dat Europa nog te bieden heeft. En geschiedenis trekt toerisme. Maar dit verontrustende en au fond weemoedige gegeven krijgt in Grand Hotel Europa zijn beslag in een wervelende en hilarische roman met een tragische liefdesgeschiedenis als hoofdmoot.





*DE FOTO DIE IK MAAKTE VANUIT HET PUBLIEK IS VERDWENEN VAN MIJN TELEFOON! Boem, pats, ik vermoed meestal dat dit een excuus is van luie mensen, en hoewel ik ook wel eens lui kan zijn ben ik nu vooral verontwaardigd, want techniek kan dus zeker nog steeds falen.

Dit boek, dat in verschillende media wordt omschreven met woorden als 'zeshonderd woorden tellende pil' en 'Pfeijffer's magnum opus', las ik een aantal weken geleden uit. Op mijn e-reader, dat wel, maar zelfs dan was het nog steeds best een dikkerd. 

Laat ik beginnen bij het begin. Mijn kennis van de Nederlandse literatuur is klein - mijn interesse gaat doorgaans uit naar schrijvers die ik willekeurig tegenkom in Waterstone's/Scheltema, op het internet, of op gezellige plekken in Amsterdam - en Nederlandse classici zijn daar vaker geen dan wel een onderdeel van. Pfeijffer is echter een auteur die keer op keer langs leek te komen - was het niet in praatprogramma's die de achtergrond van mijn dagen vulden, dan was het wel gedurende gesprekken met vrienden. Ik las wat over Peachez, een romance (link), schafte dit boek aan, en was verkocht. Ik besloot ook Grand Hotel Europa te lezen omdat het haast onmogelijk was hieraan te ontsnappen, en redelijk onvoorbereid dook ik in dit werk.

Ik verwachtte een roman, over ene Chloe, met wat Italiaanse steden en kunstwerken op de achtergrond - maar wat ik kreeg was zo veel méér. Het bleek een boek te zijn over Europa, haar geschiedenis, haar teloorgang. Het was evengoed een roman, een uiteenzetting, een zoektocht - ook de mooie woorden die ik in Peachez, een romance zo waardeerde ontbraken niet - en al dit zorgde ervoor dat het voor mij een heel gecompliceerd boek was. Ik las het, genoot ervan, haatte het, racete erdoorheen op het moment dat het me weer iets te lang over Caravaggio ging, fronste op momenten waarop het voor mij moeilijk was een onderscheid te maken tussen Ilja Leonard Pfeijffer, de persoon, en Ilja Leonard Pfeijffer, het hoofdpersonage, vertraagde tijdens het verhaal van Abdul, de observaties over kunst - en na een paar schamele dagen had ik het uit, met meer kennis maar misschien wel minder mening. 

Het boek was heel véél. Ik was op zoek naar handvatten om een duidelijker idee te vormen - het was te lang om geheel te waarderen of suf te vinden, ik had té veel emoties ervaren - maar niemand in mijn omgeving had het tot dusver, dus het met iemand bespreken was geen optie. 

Gelukkig bestaan er dingen als boekbesprekingen en culturele centra die maatschappelijk geëngageerde avonden organiseren, en ik kwam uit bij De Balie. Voor 15,50 werden kaartjes verkocht voor een avond met de beste man - en hoewel dit redelijk prijzig is, moeten we niet vergeten dat meneer helemaal uit Genua moet komen. 

We werden ontvangen in een mooie zaal, naar binnen geleid door mensen in pakjes lijkend op die van personage piccolo Abdul, omringd door hotelmuziek - ik weet niet waarom, maar ik vond dit enigszins ongepast, tegen het boek in gaan - maar ach, het was een chique entree.

De avond werd geleid door Tim Wagemakers, op bezoek waren violiste Hawijch Elders, Rutger Pontzen van De Volkskrant, Geerte Udo van Amsterdam Marketing (hah!), en Soufiane Moussouli, theatermaker. Ook maakte Ellen ten Damme een gastverschijning.

Ik had me niet heel erg verdiept in wie er allemaal zouden komen - om eerlijk te zijn dacht ik dat het slechts Pfeijffer zou zijn. De twee andere personen die ook daadwerkelijk aan tafel werden uitgenodigd hielpen echter wel in het verduidelijken van het boek: de punten 'kunst' en 'toerisme' waren voor mij het lastigst te bevatten. Pfeijffer maakt een duidelijk punt over hoe wij als Europeanen continu teruggrijpen op het verleden in de vorm van kunst, en uiteindelijk in ons leven in het algemeen.

Pontzer sprak mooi tegen dat kunstenaars dat honderden jaren geleden ook al deden, en de kunstwereld een doorgaand proces doormaakt van de waardering van vroeger. Simpelweg, Pfeijffer had geen nieuwigheid ontdekt. Het gesprek dat hieruit ontstond was interessant, en vooral redelijk gedurfd om een zo pontificaal kenmerk van het boek te doen wankelen (al is het maar een beetje). Het gesprek met Geerte Udo vond ik komisch en mijn idee van Amsterdam City Marketing (of, wat het ook moge zijn) is misschien niet helemaal duidelijk - ik vond het vooral jammer dat het af en toe een beetje een pro-Amsterdampraatje werd, gevuld met info die je ook kunt vinden als je je een beetje verdiept in het toerismeprobleem. Wel gaf het standpunt van de city marketeers hoop: Amsterdam is een stad waar het nog omgedraaid kan worden, in tegenstelling tot bijvoorbeeld Venetië. 

De violiste en theatermaker waren goed - het had voor mij echter niet helemaal gehoeven, ik had ook prima honderdtwintig minuten naar Pfeijffer kunnen luisteren zonder opsmuk. 

Deze avond heeft mij vooral doen realiseren dat Grand Hotel Europa naast de dikke pil die het zeker is, een heel bijzonder boek is. De emoties die je voelt - walging, interesse, verdriet, jaloezie, ik noem er maar een paar - hoeven niet in één woord samengevat te worden. Het kan een essaybundel zijn, is het niet, het kan een betoog zijn, hoeft niet, het is een roman, ook weer niet helemaal - het is heel véél. En dat is oké. Tijdens het lezen had ik het af en toe even lastig, maar ik kijk er op terug met fijne gevoelens - en deze twee ingrediënten maken voor mij meestal een goed boek. 

Geen opmerkingen

zoek!